Buitenspelen biedt oneindig veel mogelijkheden voor doen alsof. Wat heeft doen alsof met emotionele vaardigheden te maken? Wanneer een kind doet alsof, heeft het de kans om te oefenen in sociale situaties, leert hij/zij de emoties van zichzelf en van anderen kennen en hoe je daarmee omgaat.
Tijdens doen alsof heb je de mogelijkheid om een mening te vormen over situaties waar je nog niet eerder in bent geweest. Om verschillende sociale rollen uit te proberen, je oefent conflicten oplossen op een manier waarop iedereen zich veilig voelt. Namelijk in een fantasie situatie. Hierdoor is er minder risico om afgewezen te worden wanneer het niet helemaal gaat zoals gehoopt.
Zelfs ongelukjes tijden het buitenspelen hebben een functie in de ontwikkeling. Wanneer iets een keertje niet lukt. geeft dit een goede kans om te leren om te gaan met teleurstellingen en frustratie. Kinderen leren door vallen en opstaan wat ze wel en niet kunnen en leren zo hun eigen grenzen kennen. Als je op een gladde boomstam loopt en je valt eraf, dan loop je de volgende keer voorzichtiger. Het leren kennen van je grenzen en mogelijkheden in een uitdagende omgeving is belangrijk voor het zelfvertrouwen en geeft vertrouwen om nog eens te proberen. En ja hier komen soms blauwe plekken of een schaafwond bij kijken.
Uit Amerikaans onderzoek is gebleken dat kinderen die veel buiten zijn, beter kunnen omgaan met stressvolle situaties. Wanneer kinderen iets heftigs meemaken en daarna regelmatig buiten zijn, wordt de kan dat ze later lastkrijgen van de bijgekomen stress minder. Dit komt niet alleen doordat ze meer ruimte hebben om hun energie kwijt te kunnen. Maar ook door de positieve effecten van natuurlijke geluiden en een groene omgeving op kinderen.
Zo kan een groene omgeving zorgen voor een lagere bloeddruk en de verminderen van stresshormonen in je lichaam. Ook natuurlijke geluiden zoals vogels of wind door bladeren staat erom bekent dit effect te hebben.
Tips voor op het schoolplein:
Op een schoolplein kan je een aantal dingen doen om dit soort spel te stimuleren. Ten eerste moet de omgeving voor kinderen uitdagend zijn. Je leert niet om te gaan met risico’s of wat je eigen grens is als je deze niet kunt opzoeken. Daarnaast moet er materiaal aanwezig zijn dat fantasiespel stimuleert. Hiervoor is vooral materiaal geschikt dat geen vast doel heeft. Hoe veelzijdiger het is, hoe beter! Denk hierbij aan kleden, banden, dozen enz.
Daarnaast is ook je eigen houding belangrijk.
- Laat kinderen risico’s nemen. Je leert het meest door het zelf te ervaren. Houd deze risico’s natuurlijk wel binnen de perken.
- Laat fantasiespellen met minder vrolijke thema’s zijn beloop. Het is een goede manier om meningen te vormen of te testen. Zolang iedereen nog instemt met het spel natuurlijk.
- Pas op met de uitspraak: “pas op!” gebruik het alleen als het echt nodig is. Wanneer een kind te vaak hoort dat het op moet passen kan hij of zij zich onzeker gaan voelen over zijn/haar eigen kunnen.